aan gespreksleidsters

22-03-2014 22:29

Onder andere in de lotgenotengroep maar ook bij psycho educatie, benadrukten gespreks­leidsters dat ik zoveel kwaliteiten heb, en dat ze er van overtuigd waren dat ik van alles juist heel goed kon. Waar zij aan voorbij willen gaan, is waar ik vandaag voor de zoveelste keer tegenaan liep. Het wordt wel concentratiestoornis genoemd.

 

Autisten zouden geweldenaren zijn waar het details betreft, kleine deelgebiedjes, waaronder kennisniches van vooral technische aard. Ik heb zeker belangstelling voor techniek, heb ook beroepen gehad waar techniek een grote rol in speelde, maar ga geregeld voor gaas.

 

Vandaag verleende ik hand en spandiensten voor een groepje dat een theaterachtige voorstelling gaf in verband met NL Doet. Ik had mijn fototoestel meegenomen dat ik al jaren heb. Vanaf het moment dat ik dat ding in huis had, bestudeerde ik de handleiding. Vervolgens heb ik er onder zeer wisselende omstandigheden mee gefotografeerd en allerlei mogelijkheden ervan uitgeprobeerd. En om het te vergelijken met een ander toestel, had ik het de afgelopen dagen regelmatig in de hand. Maar toen ik foto’s stond te maken van de acteurs, deed het toestel iets dat me totaal verraste. Het duurde een tijd eer ik begon te vermoeden waar het mee bezig was, maar tijdens het uren durende uitstapje ben ik er niet achter gekomen hoe het kon dat het toestel in deze modus terecht was gekomen, of hoe ik het er weer uit kon krijgen. Die kennis was totaal weg.

 

Thuis gekomen zette ik de foto’s op de computer. Los van verkeerde kleuren, waren ze bijna allemaal onscherp. Het toestel heeft autofocus en ik had de beeldstabilisatie aan staan, wat bewegingsonscherpte moet tegengaan. Maar toch waren ze onscherp. Hoe doe je dat? Door je toestel vooral heel slecht te kennen en dus verkeerd in te stellen.

Thuis op de bank kan ik nog achterhalen wat ik moet doen, maar eenmaal in een situatie waarin ik de rust niet heb, of niet voel dat ik die heb, en het is weg. Dat ligt niet aan de situatie, en al helemaal niet aan het fototoestel, maar aan mij. Zelfs met prima spullen kan ik er nog een rotzooi van maken.

 

Ik heb het in mijn leven nu zo vaak meegemaakt, dat het niet meer als donderslag bij heldere hemel komt. Ik ben nog iedere keer verbaasd dat zoveel kennis en vaardigheid mij in zulke gevallen kan ontglippen, maar nieuw of onverwacht is het al lang niet meer.

En toch blijven de gespreksleidsters roepen dat ik meer kan dan ik denk of zeg. En eentje bestond het te zeggen (zie eerdere blog) dat ik dan wat anders moest gaan doen, zodat ik dat probleem niet meer zou hebben.

 

Je zou willen dat gespreksleidsters, hoe vrijwillig ook zij soms werken, aan bepaalde minimumeisen zouden moeten voldoen. Want dit slaat echt nergens op. Het is als iemand die met zichzelf overhoop ligt, adviseren om te gaan emigreren. Er zijn werkelijk mensen die denken dat ze dan uit de problemen zullen blijven. Terwijl er met emigreren slechts één zekerheid is. Je kunt al je spullen meenemen of alles achterlaten (of iets daartussen), je kunt besluiten hetzelfde werk in het nieuwe land te gaan doen of juist iets heel anders, je kunt besluiten in je eentje te gaan of juist met een (of meerdere) ander(en), je kunt van alles en nog wat besluiten maar één ding is echt onveranderbaar: je neemt jezelf mee. Als het probleem bij jezelf ligt, zal dat dus ook mee emigreren. Zo’n concept is vreemd voor de gespreksleidsters.

 

Het maakt niet uit wat ik doe, voor wie, of waar. Altijd komt er een moment — het gebeurt zelfs zelden dat het zich per geval niet openbaart — dat het uit mijn vingers valt, als door een black out. Ik baal daar vreselijk van. En het heeft tot gevolg dat ik niet meer hoog opgeef van mijn capaciteiten, omdat ik inmiddels maar al te goed weet dat zelfs iets waar ik goed in was, me volledig in de steek kan laten.

 

Het is natuurlijk niet leuk om te luisteren naar iemand die zichzelf omlaag zit te halen. Maar geloof me, gespreksleidsters: het is nog veel vervelender als mensen doen alsof je allerlei fantastische capaciteiten niet voor de mensheid beschikbaar wilt stellen terwijl je er juist zo goed in bent. Dat voelt als een belediging. Misschien moet je ook eens durven accepteren dat de mensen die bij je in de groep zitten, zichzelf beter kennen dan jij ze inschat. En dat de problemen waar ze tegenaan lopen niet imaginair zijn, maar helaas heel reëel.

 

Ik heb vandaag weer vreselijk zitten balen. Omdat het belang van de beelden gering is, hetgeen ik gedaan heb anders misschien helemaal niet was gedaan, en ook het overige falen geen slachtoffers heeft geëist, ben ik er alleen maar moe van geworden en voel ik me er lichtelijk depressief door. Het kan veel erger. Laten we dus samen kijken hoe we dat erger kunnen voorkomen. En dan liefst zonder mijzelf op en buiten te sluiten. Want ik mag dan weten dat ik heel weinig meer zelfstandig kan. Dat heeft me nog niet beroofd van de wens dingen te doen. Wie weet komt er ooit iemand die bereid is echt te helpen bij de uitvoering. Iemand die bereid is mijn tekortkomingen te compenseren.

 

Dat mag ik niet hopen, krijg ik te horen. Nou, dat is dan een andere, slechte eigenschap van mij. Dat wil ik dan weer niet horen.