Digitaal
Eigenlijk zijn wij autisten helemaal van deze tijd; we zijn digitaal. Het is aan of uit. Iets is goed of fout. Je begrijpt het, of je begrijpt het niet. Het is logisch of onlogisch. Zo zit de wereld in elkaar. Volgens ons. Denk maar aan: je kan niet een beetje zwanger zijn. Je bent het, of je bent het niet. Geldt ook voor andere kwaliteiten: je bent een lul of je bent het niet.
So far, so good; zou je denken. Maar daar begint de moeilijkheid pas. Want niet elk vogeltje zingt in eerste instantie zoals het gebekt is. Daar kunnen velen over meespreken. Denk maar aan de slachtoffers van David M, de man die tientallen vrouwen verleidde, misleidde en vervolgens oplichtte (en passent ze ook nog mishandelend). Hij kwam steeds in eerste instantie zeer charmant en galant over. Kon elke vrouw voor zich winnen. Ergo: iedereen kan zich vergissen.
Ik vind dit dus eigenlijk ook niet iets dat je autisten kunt aanwrijven. David M. is een lul; een ontzettend grote lul zelfs. Maar dat zie je in eerste instantie niet. Actie is karakter, zegt een oud adagium uit de wereld van film en theater: wat de persoon doet, is wat hem maakt; wat hij zegt geeft daar slechts kleuring aan. Kijk naar verkopers van tweedehands auto's. Die komen - als ze goeie zijn - heel vertrouwenswaardig over. Het voelt bijna alsof je een auto van een vriend overneemt. Om er daarna achter te komen dat je met een kneus bent opgezadeld. Het zijn dus oplichters. Maar zo klinken ze niet. Tenzij je achteraf je verhaal komt halen.
En niet alleen in die branche kom je ze tegen. De man die voor de ANWB motorfietsen technisch keurt, bijvoorbeeld, is zo'n oplichter. Hij weet zelfs de ANWB om de tuin te leiden. Knap. Pas als je de discrepantie ontdekt tussen wat hij zegt en wat hij doet, en je spreekt hem daarop aan, komt zijn ware aard naar buiten. Actie is karakter. Het is dus een lul, ook al komt hij nog zo vriendelijk en capabel over.
Sommige mensen zeggen heel goed anderen in te kunnen schatten, en dus meteen al te kunnen zien of iemand een lul is of niet. Dat is heel knap, en iets wat autisten dus niet kunnen. Voor ons is het een kwestie van de checklist door lopen. Met het beantwoorden van een aantal vragen, kunnen we een inschatting maken over de persoon in kwestie. Denk aan:
komt hij vriendelijk over?
lijkt hij in mij geïnteresseerd voor zover dat nodig is?
is hij pusherig?
bedient hij zich van clichés in de omgang?
zijn er mensen die voor hem kunnen instaan, en zo ja: zijn die te vertrouwen?
is hij in alles eerlijk?
geeft hij mij de erkenning die mij toekomt?
komt hij afspraken na?
is hij goed bereikbaar?
verandert zijn houding in de loop der tijd?
Als je 3, 4 of 10 met "ja" moet beantwoorden, is het foute boel. Net als wanneer een van de andere vragen met "nee" beantwoord moet worden. En dat kan in de loop van het contact veranderen.
Daar schuilt het venijn. Dat het beeld dat je van iemand hebt, aan verandering onderhevig kan zijn. En voor ons heel dikwijls is, zelfs. Ik moet geregeld hele groepen uit het hokje "fijne mensen" halen en ze herindelen bij "klootzakken eerste orde". Daarvoor hoef ikzelf niets anders te doen dan mijn ogen open houden. Ik laat niemand in een val lopen, onderwerp niemand aan een test of probeer hen op een of andere manier te beïnvloeden. Het komt helemaal uit hen zelf. En dus - vind ik - mag ik concluderen dat ik het voor de zoveelste keer niet gezien heb en dat ook dit weer klootzakken bleken te zijn.
Het jammere is dat er zo weinig mensen overblijven in de categorie goeie mensen. De enen, zeg maar, in digitaal gesproken. De nullen overheersen zeer.
Is die overgang eenmaal gemaakt, dan is de classificatie definitief. Een nul kan nooit meer een 1 worden. Alleen andersom is dat mogelijk. Een nul kan van een ondraaglijke zak opklimmen tot een onschuldig lulletje, door geen grote schade meer te veroorzaken. Maar gedane zaken nemen geen keer, zegt een oud spreekwoord al. Elke actie telt in het vaststellen van je karakter. En elke actie onder de streep maakt dat je er nooit meer bovenuit zal komen.
Digitaal dus. Om het leven wat inzichtelijker te maken.
Niet makkelijker. Want wat als blijkt dat je zelf ook een nul bent, zoals in mijn geval? Dan zit ikzelf dus ook opgezadeld met een schuld waar ik nooit meer vanaf kom. In mijn verdediging wil ik aanvoeren dat me dat heel zwaar op het hart ligt. Ik wil dus eigenlijk wel een 1 zijn, maar heb het verbruid. Helaas levert me dat geen voordele op in het herkennen van nullen in het dagelijks leven. Ook nullen kunnen dus keer op keer slachtoffer worden van andere nullen. En dat is rekenkundig dan weer interessant. Een kleine nul is toch groter dan een enorme.
Reken dat maar eens uit op je digitale zakjapanner.