therapie en contactgroep
Ik heb er al eerder over geschreven: ik maak deel uit van een lotgenotengroep die eens per maand praat over aspecten van autisme. De sessies worden voorgezeten en geleid door een niet-autist. Een vrijwilligster met de beste bedoelingen, die elke sessie uitgebreid voorbereidt. Iemand om blij mee te zijn.
Dus waarom ben ik dat dan niet?
Het antwoord op die vraag begint steeds meer vorm te krijgen.
Ik moet toegeven, het heeft iets puberachtigs, mijn verzet tegen de aanpak van deze vrouw die door haar empathie met haar zuster die autistisch is, zich wil inzetten voor iedereen met een ASS. Dat heeft toch een zekere moeder Theresa kwaliteit. Wat kan je daar nou tegenin brengen? Je zou zeggen: wees blij.
Ga ik even terug naar mijn leven tot nu toe. Waar altijd wel mensen klaar stonden om mij te zeggen wat ik verkeerd deed en wat ik wel moest doen. Ik wist toen nog niet dat mijn disfunctioneren gebaseerd was op een autistische stoornis. Of dat veel uitmaakt, vraag ik me eigenlijk af. Hoe dan ook: ik heb een aversie ontwikkeld tegen betweterigheid, hoe goed bedoeld ook. Mensen die mij zeggen wat ik moet doen.
Als remedie voor mijn vergeetachtigheid werd keer op keer met overtuiging gebracht: dan moet je lijstjes maken! Om mijn problemen met plannen de baas te worden, werd mij honderden malen 'geadviseerd' om "afspraken met mijzelf" te maken, en goed te agenderen. Voor problemen op het sociale vlak was de oplossing al even doorzichtig: gewoon doen. Ik weet niet meer hoe vaak ik mij door zulke raad heb laten leiden, alleen om er hardhandig achter te komen dat het allemaal niet werkte....voor mij. Achteraf bekeken niet vreemd. Alles liep stuk op typisch autistische kenmerken. Maar de raadgevers waren er altijd ten volle van overtuigd dat hun remedie ALTIJD werkte, dus ook in mijn geval. Terwijl ze, achteraf bekeken, in mijn geval altijd fout zaten.
Nu is daar de gespreksleidster die elk sessie met meer papier op de proppen komt. Kopieën uit boeken of eigen aantekeningen, waarin staat wat ik (we) moet(en) doen om bepaalde problemen waar we tegenaan lopen, aan te pakken. De zoveelste dus die me zegt wat ik moet doen, zonder daarbij echt goed te kijken naar mijn persoonlijke situatie. Ik zou bijna zeggen: hoe kan ze verwachten dat ik die aanpak positief ontvang?
Ik ging naar de bijeenkomsten om van lotgenoten te horen hoe zij omgaan met bepaalde problemen in hun functioneren. Ik merkte dat de herkenning al heel prettig was. Te horen dat anderen net zo hard worstelen met soortgelijke problemen, kon me in ieder geval een gevoel geven dat ik het nog niet zo heel erg slecht doe. Hoeveel ruimte er ook is voor verbetering, het kan nog slechter, en ik ben niet de enige.
Maar dan is daar de gespreksleidster. Zij komt met concrete raad. Je moet het zus en zo doen. Je moet vooral niet dit of dat doen. Lees vooral die boeken, en oefen beslist het één of ander.
Het begint mij nu te verbazen dat iemand die dit al zo lang doet, zelf niet door heeft dat die aanpak niet de juiste is voor deze omgeving. Tenminste, dat vind ik. Zou het om een cursus gaan, dan mag je zoiets verwachten. Bepaalde therapiesoorten gaan zo met problemen om. Maar een lotgenotengroep.... Moet je dáár zó tewerk gaan? Is dat het doel van ene lotgenotengroep? En contactgroep? Zou je uit de naam alleen al niet kunnen afleiden dat een ander therapeutische element, het delen van je zorgen, daarin centraal zou moeten staan?
Mijn psychotherapeute doet het, gelukkig, heel anders. Stap één is daadwerkelijke interesse. Anders dan de gespreksleidster hoor ik haar nooit zeggen: "Maar dat moet je zo niet doen," of "dat is niet zo". Ik heb al meerdere keren onoplosbaar verschil van mening gehad met de gespreksleidster, nog geen enkele keer met de psychologe. Die volgt de daadwerkelijke interesse op met recapitulatie, zodat ik me begrepen voel. Dan vraagt ze door. En om vooruit te komen in de therapie, komt ze met voorstellen om anders naar deelproblemen te kijken. Dus niet: "dat doe je niet goed", maar: "wil je eens proberen er op deze manier naar te kijken?" Voor iemand die psychisch de pubertijd nog niet is ontgroeid, een verademing. Waarbij ook nog eens komt dat ze begrip heeft voor hoe eng dat kan zijn, en niet vermanend wordt als ik een stap niet heb durven nemen. Inderdaad: precies wat de gespreksleidster wel doet. En een psychologe van het Bosman Instituut overigens ook deed, maar dat terzijde.
Nu zit ik met het dilemma: (hoe) zeg ik het de gespreksleidster? Misschien zijn anderen in de groep er wel juist heel blij mee. Misschien kan zij inmiddels niet anders meer dan zo omgaan met autisten. Een overigens opvallend mannelijke manier van doen: het komen met oplossingen in plaats van een luisterend oor. Is dat een eigenschap waarop geselecteerd wordt bij het aannemen van vrijwilligers voor dit soort groepen?
Ik wil niemand tegen het hoofd stoten en neem maar al te gemakkelijk aan dat het aan mij ligt. De conclusie wordt dan dat zo'n lotgenotengroep niets voor mij is, hoewel lotgenotencontact dat juist weer wel is. Door gestart te zijn met psycho educatie, heb ik daar ook die gelegenheid. Wat deelname aan een aparte lotgenotengroep nog minder meerwaarde geeft.
Laat ik afsluiten met de slotzin van een beroemde soapparodie uit de jaren 80: "Confused? You won't be, after the next episode..."
Was't maar waar.